Net als in Vlaanderen groeit de bevolking van onze stad verder aan. De beschikbare oppervlakte van onze stad blijft echter gelijk (2.912 ha 16 a 06 ca). Op deze oppervlakte moet een maatschappelijk aanbod worden gecreëerd. Onze stad heeft nood aan ruimte voor onder meer bewoning, voor ondernemen en het voorzien van werkgelegenheid, voor landbouw, voor recreatie en ontspanning, voor mobiliteit enz. Bij de ontwikkeling van de invulling van deze ruimtelijke noden moet rekening worden gehouden met een veelheid aan parameters.

Er is nood aan ruimte voor integraal waterbeheer (waterafvoer, waterinfiltratie, …) want we willen niet dat bij de eerstvolgende regenbui alle straten in onze stad onder water komen te staan. Toch is de aanwezigheid van water ook een belangrijk gegeven in het beschermen van de biodiversiteit in onze stad.

Het bewaken en beschermen van de biodiversiteit wordt een steeds belangrijker uitdaging. De aan de gang zijnde klimaatwijziging zorgt voor bijkomende uitdagingen. We hebben ruimte nodig voor duurzame energieproductie en nu het er hoe langer hoe meer op lijkt dat we het tij niet tijdig kunnen keren moeten we ook ruimte voorzien voor adaptatie aan gewijzigde klimatologische omstandigheden.

Oplossingen voor de uitdagingen liggen in de combinatie van het vergroenen en verdichten van het stedelijke weefsel. Dit lijkt op het eerste zicht tegenstrijdig omdat beide, vergroening en verdichting, ruimte vragen. Om hier een oplossing voor te bieden is het noodzakelijk de beschikbare ruimte op een grotere schaal te bekijken en maximaal integraal gebruik van de ruimte te onderzoeken. Groen dient bovendien niet in de enge zin te worden gezien, het omvat verschillende aspecten (natuur, landschap, cultuur, recreatie, milieu, …).

Met de goedkeuring van het stedelijk Groenplan in de gemeenteraad van 13 juli 2020 wordt een beleidsvisie voor de sectoren groen en natuur, geënt op de beschikbare ruimte geschreven.

De analyses van de historische, ruimtelijke, economische, emotionele en ecologische context van de aspecten van groen, natuur en open ruimte vormen de basis voor het plan. Recente maatschappelijke evoluties hebben deze aspecten op grote wijze negatief beïnvloed (ruimtedruk, ruimtebalans, biodiversiteitsverlies, droogte, …). In het Groenplan wordt door middel van gerichte acties een antwoord geformuleerd op de toekomstige uitdagingen.

Het plan is ook een rechtstreeks product van zowel vorig als huidig meerjarenbeleidsplan waarin de aandacht voor ruimte, biodiversiteit en klimaat als uitgangspunt zijn ingeschreven. Het plan geeft uitvoering aan verschillende duurzame ontwikkelingsdoelen/sustainable development goals (SDG’s) van de Verenigde Naties (SDG’s 3, 6, 11, 13, 14, 15 en 17).

In het document worden er ook doelstellingskaders met concrete normen vastgelegd voor het verbeteren van de beleefbaarheid en het vastleggen van ontwikkelingskansen voor groen en natuur door middel van een bomennorm (straat- en laanbomen), een boomnorm voor nieuwe ontwikkelingen, een doelstelling voor oppervlakte uitbreiding van natuur en een doelstelling voor oppervlakte uitbreiding van openbaar groen.